Yes! Het programmaboekje 2025/2026 is live

We zijn enorm trots op wat er staat. Na een flinke verbouwing is ons pand mooier en gastvrijer dan ooit, en nu presenteren we een programma dat groter is dan alle voorgaande jaren. Met bijna 150 activiteiten (van schrijversavonden en lezingen tot muziek, cabaret en film) is er voor iedereen iets bijzonders te beleven.

Alle evenementen tot en met december vindt u alvast op deze website en zijn nu te reserveren. Het programma voor januari t/m juni 2026 volgt binnenkort. Abonnees op onze nieuwsbrief krijgen altijd als eersten bericht én kunnen eerder tickets bestellen. Dat is handig, want met maar 90 stoelen in onze salon zijn we vaak snel uitverkocht.

Wilt u liever bladeren op papier? Het programmaboekje is ook fysiek verkrijgbaar voor slechts €2. Daarmee heeft u een mooi bewaarexemplaar én steunt u direct onze stichting. Zo houden we De Alkenaer levendig en toegankelijk.

Dus neem een kijkje, laat u verrassen door het aanbod en reserveer meteen uw favoriete evenementen. We heten u van harte welkom in onze vernieuwde salon, waar cultuur, ontmoeting en gezelligheid hand in hand gaan.

Klik hier om het programmaboekje te bekijken.

Michel Krielaars sprak….

En hoe! 

In een afgeladen Alkenaer vertelde ‘Spraakmaker’ Michel Krielaars op zondag 9 februari over de geschiedenis van Rusland. 

In zijn boek ’Dit volk heeft zijn god op aarde’ dat hij schreef met Hans Driessen en Eva Peek, laat hij ooggetuigen van de Russische geschiedenis aan het woord. De oudste getuigenis is van een monnik in 1091, de laatste komt uit 2023. Door deze verhalen, zo legde hij uit, begrijp je waarom het Rusland van nu op deze manier in elkaar zit. 

Vele namen met de bijbehorende verhalen werden, niet per se in chronologische volgorde,  aan de luisteraars gegeven: Hedel, Toergenjev, Ivan IV (de Verschrikkelijke), de Tartaren, Prigozjin, Stalin, Alexander III, Nicolaas II. En meer. Ongemerkt werd de pauze naar later verschoven. Ook toen raakte hij aan de praat met enkele bezoekers. 

Na de pauze kon men vragen stellen. Zoals: ‘Waarom noemde u Gorbatsjov niet?” en “ Was u niet bang?”. Ook “Waarom is Poetin nog steeds aan de macht?”.  Waarom Poetin eigenlijk niet gemist kan worden in Rusland? Deze capo di capi is onmisbaar, omdat hij een systeem is, een staatssysteem. En een systeem kun je niet afzetten. Het volk gaat niet in opstand, men blijft hopen op een betere toekomst.

Bij het begin van de lezing gaf hij een zekere vraag vanuit het publiek vrij: “Wanneer is de oorlog afgelopen?”. “Geen idee.”. Hoewel, hij sloot af met zijn verwachting: “Die is nog lang niet voorbij.” Opeens was het bijna half zeven. Een latertje dus. Ook voor zijn schoonmoeder, want zij zat te wachten met het eten.

Bedankt, Michel Krielaars. Je wilde elke week wel in De Alkenaer staan, zo leuk vond je de zaal, dus tot een volgende keer. 

Tekst & foto’s Eefje Donkersloot

Couperus lezen: een must in de 21e eeuw

Louis Couperus, een naam die vast bekend in de oren klinkt, maar waarom zou je zijn werk nog willen ontdekken, zelfs honderd jaar na zijn overlijden? Vorig jaar was het Louis Couperusjaar en herdachten we zijn nalatenschap, een tijd van reflectie en viering van deze Haagse schrijver (1863-1923). Maar laten we ons afvragen: wat maakt zijn werk nog steeds relevant?

Essayist Bas Heijne benadrukt dat Couperus juist een scherpzinnige en brutale schrijver is, die thema’s aansnijdt die nog steeds relevant zijn voor hedendaagse lezers. Individualiteit, de zoektocht naar zingeving en seksuele diversiteit zijn slechts enkele van de onderwerpen die hij aanroert. Zijn werk verdient dus zeker een herwaardering. Simon Mulder, voorzitter van het Louis Couperus Genootschap, stelt dat Couperus uitblinkt in het beschrijven van het menselijk tekort. Zijn personages worstelen met existentiële vragen en proberen te ontsnappen aan hun sociale milieu, maar vinden uiteindelijk geen vervulling. Dit thema van ambitie versus realiteit resoneert nog steeds in onze tijd, waarin individuen streven naar vrijheid en zelfverwezenlijking. Michelle van Dijk, schrijfster en hertaler van Couperus’ werk, onderstreept de psychologische diepgang van zijn personages. Eline Vere, bijvoorbeeld, wordt gepresenteerd als een 19e-eeuwse millennial, worstelend met haar mentale gezondheid en op zoek naar betekenis in een wereld die haar geen voldoening schenkt. Couperus’ scherpe inzicht in menselijke interacties en zijn impressionistische schrijfstijl maken zijn werk tijdloos en meeslepend.

Dus waarom zou je Louis Couperus lezen? Zijn werk biedt een interessante inkijk in de menselijke psyche, met tijdloze thema’s die nog steeds relevant zijn. Zijn levendige beschrijvingen en scherpe observaties maken zijn boeken een waar genot om te lezen, zelfs in onze moderne tijd. Dus waar wacht je nog op? Laat je meeslepen door de wereld van Couperus en ontdek waarom zijn werk nog steeds springlevend is.

Op 24 maart vindt een bijzonder evenement bij ons plaats: ‘Van en over Couperus’, gepresenteerd door voordrachtskunstenaar Simon Mulder. Op geheel eigen wijze maakt Mulder de schrijver toegankelijk voor het hedendaagse publiek. Bekend en minder bekend werk van Couperus wordt ten tonele gebracht, zoals fragmenten uit de schokkend decadente roman ‘De berg van licht’ en de vertederende korte verhalen ‘Het spoorwegongeluk’ en ‘Het verbeelde leven’. Daarnaast vertelt Mulder anekdotes over de grote schrijver, terwijl pianist Daan van de Velde bijbehorende muziek speelt van onder andere Rubinstein, Gounod en Wagner.

Het hoogtepunt van de avond is een unieke declamatorium voor piano en stem op Couperus’ beroemde korte thriller ‘De binocle’. Bovendien presenteert Uitgeverij HetMoet samen met Simon Mulder en Daan van de Velde een prachtige nieuwe, bibliofiele heruitgave van Couperus’ ontroerende en mystieke novelle ‘Extaze’. Wil je erbij zijn? Meld je dan hier aan.

Het boek ‘The Great Gatsby’ van F. Scott Fitzgerald

“The Great Gatsby,” een klassieker uit 1925, weerspiegelt opmerkelijk hedendaagse samenlevingen. Rijkdom en roem regeren nog steeds, waardoor een kloof tussen sociale klassen in stand wordt gehouden. De roman’s portrettering van materialisme resoneert, aangezien we individuen blijven beoordelen op bezittingen en uiterlijkheden. De zoektocht naar rijkdom en de aantrekkingskracht van de hogere klasse blijven bestaan, een echo van de verlangens van de personages in het boek.
Sociale dynamiek, geïllustreerd door Nicks selectieve relaties, parallel aan de hedendaagse voorkeur voor oppervlakkige online verbindingen. Het thema van oppervlakkigheid in sociale netwerken in de roman vindt parallellen met vluchtige vriendschappen die vandaag ontstaan op platforms zoals Snapchat en Instagram. Gatsby’s gefabriceerde rijkdom en streven naar Daisy’s hart weerspiegelen hedendaagse controverses, zoals het schandaal van welgestelde individuen die toelatingsprocedures voor universiteiten manipuleren.

Gatsby’s beroemdheidsstatus en de voorbijgaande aard van vriendschappen, zichtbaar in de nasleep van beschuldigingen, weerspiegelen de wispelturigheid van roem in de hedendaagse samenleving. De maatschappelijke verdeeldheid die in het boek wordt afgebeeld blijft relevant, aangezien economische dispariteiten aanhouden en invloed hebben op maatschappelijke behandeling. In essentie blijft “The Great Gatsby” een tijdloos commentaar op maatschappelijke aspiraties, materialisme en de gevolgen van een onechte existentie, met aangrijpende parallellen met de wereld van vandaag.

Zelfs na bijna 100 jaar blijft deze klassieker relevant. Gatsby’s worsteling met sociale status, de hypocrisie van de elite en universele thema’s zoals de Amerikaanse droom blijven betekenisvol. Fitzgeralds meesterschap van het Amerikaanse proza en de reflectie van Amerikaanse culturele waarden maken de roman tijdloos. Zijn kijk op de jaren 1920 weerstaat de tand des tijds en biedt een reflectiepunt voor hedendaagse uitdagingen en culturele waarden.

Piano als nieuw pronkstuk in onze zaal

De Alkenaer heeft een prachtige nieuwe aanwinst die een wel heel bijzondere reis heeft afgelegd. Het betreft een prachtige zwarte Bechstein-vleugel uit 1919, gekenmerkt door een sierlijk ontwerp en fraaie lessenaar. Twaalf jaar geleden is het volledig gereviseerd en vernieuwd.


De verhuizing van deze piano was een opmerkelijke gebeurtenis: hij moest namelijk met een kraan worden verplaatst over een woongebouw heen – vandaar de foto! Nu schittert dit nieuwe pronkstuk in onze zaal waar het een vleugje klasse toevoegt aan de sfeer. De veelzijdigheid van de Bechstein-vleugel komt volledig tot zijn recht tijdens optredens in De Alkenaer. Of het nu gaat om klassieke stukken, jazz of eigentijdse muziek: de warme, karakteristieke klank van deze vleugel past erbij. En al prijkt er “Bösendorfer” op de reiskoffer van pianotransporteur Obbo Spanjaard, het instrument is toch echt een authentieke Bechstein.

Groots Alkmaar TV in De Alkenaer!

In een recente televisie-uitzending van Groots Alkmaar TV waren o.a. Simone van der Vlugt, Anneke Schotten, Nanette Hartland te gast bij Stichting Cultuurpodium De Alkenaer! Presentator Hugo Koeman en interviewer Tineke Feijen presenteerden deze aflevering met als thema ‘literatuur’. Eigenaar en bestuurslid Vincent van de Vrede sprak over de ambitieuze plannen die de stichting koestert voor de toekomst en gaf een inkijkje over de rol van de stichting als een vooraanstaand cultureel bastion in Alkmaar.

Ook in de uitzending, Hans Mathot die zich op een zoektocht heeft begeven naar de verhalen achter de kleine boekenkastjes die her en der in Alkmaarse voortuinen prijken. Daarnaast brengt Lana Zymina ons naar Oekraïne, waar ze onlangs na twee jaar terugkeerde. Ze gaat in gesprek met een senior over diens liefde voor lezen en literatuur.

Hugo voert een tafelgesprek met drie Alkmaarse boekhandelaren: Anneke Schotten, Nanette Hartland en Jan Oijevaar (eigenaar antiquariaat van De Alkenaer). Hierbij wordt dieper ingegaan op de leesgewoonten van Alkmaarders en de rol van boekhandels daarin.

‘In de Minuut Van’ vertelt Annette den Draak over de diverse leeskringen, terwijl Anneke Goddijn een inkijkje geeft in het Alkmaars Dichtersgilde. Tot slot een gedicht van Jan Bosman, de huisdichter van Groots Alkmaar.

Tafelgesprek met drie Alkmaarse boekhandelaren

Mis deze aflevering van Groots Alkmaar TV niet, vanaf 1 oktober te bekijken via deze link of via Alkmaar Centraal.

Het boek ‘Oorlog’ van Céline

Louis-Ferdinand Céline staat bekend om zijn onconventionele schrijfstijl en provocerende thema’s, en zijn werk “Oorlog” vormt hierop geen uitzondering. Dit werk, geschreven in 1934, is gebaseerd op Céline’s ervaringen als oorlogsarts tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het was een complete verrassing toen het verhaal twee jaar geleden onverwachts tevoorschijn kwam, vergezeld van andere manuscripten van Céline. Dit zorgde voor opwinding in de literaire wereld, aangezien Céline, naast Marcel Proust, wordt beschouwd als een van de meest eminente Franse schrijvers van de vorige eeuw.

Het verhaal volgt Bardamu, die de gruwelijkheden van oorlog zowel fysiek als mentaal ervaart. Céline’s ongefilterde realisme en scherpe beschrijvingen van geweld, lijden en de ontmenselijking van soldaten maken “Oorlog” indrukwekkend en relevant, zelfs vandaag. Het thema van trauma na de oorlog geeft diepgaande inzichten in de psychische littekens van oorlog. Dit boek wordt geprezen om zijn ruwe en rauwe karakter. Opvallend is dat het een kladversie betreft waar de schrijver zelf nog aan had willen schaven, en bovendien ontbreken de eerste hoofdstukken. Desondanks wordt het als hoogst actueel en confronterend beschouwd. Weekblad Le Point omschrijft het als een ‘ruwe diamant,’ terwijl Le Monde zelfs spreekt van een ‘wonder.’ De schrijfstijl en thematiek van Céline hebben invloed gehad op latere auteurs zoals Jack Kerouac en Charles Bukowski. Hoewel het zich afspeelt tijdens WO I, is “Oorlog” vandaag nog steeds relevant, waar het reflectie uitlokt over vrede en de menselijke natuur in een wereld met voortdurende conflicten.

In het antiquariaat De Alkenaer zijn andere werken van Céline beschikbaar.

Nieuwe opstelling stadscollectie Stedelijk Museum Alkmaar – gesprek met Christi Klinkert, conservator Stedelijk Museum Alkmaar

Door Wytske Roodbergen

“Ik heb het leukste beroep dat er is,” zegt Christi Klinkert, conservator van de stadscollectie van het Stedelijk Museum Alkmaar. “Elke dag ben ik bezig met mooie, bijzondere voorwerpen, en denk ik met collega’s na over hoe die te presenteren aan het publiek.” Klinkert studeerde Vergelijkende Cultuurwetenschappen in Amsterdam, met als kernvak Kunstgeschiedenis. Haar promotieonderzoek betrof prentjes in 16e eeuwse kranten, waarin beeld centraal staat. Sinds 2009 werkt ze bij het Stedelijk Museum, waar ze in 2012 hielp bij het ontwerp van de twee huidige vaste tentoonstellingen in het souterrain (Victorie! Het Beleg van Alkmaar in 1573 en de Gouden Eeuw van Alkmaar). Toentertijd was de vormgeving met videobeelden, acteurs en audio behoorlijk vernieuwend. Uit het hele land kwamen mensen de tentoonstelling bekijken. Nu, ruim tien jaar later, is het tijd voor iets anders. “Ik zie er echt naar uit,” zegt Klinkert enthousiast.

Parelsnoer
“Een vaste presentatie maak je voor vijf jaar, maximaal tien,” vertelt Klinkert. “Dan heeft iedereen het wel gezien en moet je met iets anders komen.” We drinken koffie in het Museumcafé, met stagiaire Lisette Ashman. “Om allerlei redenen, waaronder covid, werd de vernieuwing van de presentatie van de Alkmaarse stadscollectie steeds uitgesteld. Inmiddels ligt het ontwerp voor nieuwe inrichting van het souterrain klaar. We zijn nu bezig met afstemmen met de bouwers, en gelden werven.” Een deel van de subsidies is al toegekend. Eind 2023 gaat de huidige opstelling weg, in januari of februari 2024 wordt begonnen met de verbouwing. Zomer 2024 moet alles klaar zijn. Klinkert kent de stadscollectie inmiddels door en door. Samen met een projectteam bestaande uit ondermeer een scenarioschrijver, een educator, een grafisch ontwerper en belichter Maarten Warmendam bedacht ze nieuwe presentatievormen. “Die creatieve samenwerking is het allerleukste aspect.” De toekomstige opstelling over de Alkmaarse historie wordt één tentoonstelling, in plaats van de huidige twee (Alkmaars Ontzet en Alkmaar in de Gouden Eeuw). De ruimte blijft gelijk, het ‘keldergevoel’ moet eruit. “MDF-plaat op de betonnen muren, lichte kleuren, iets anders op de vloer. Langs de wand komt een parelsnoer van voorwerpen en schilderijen. Een omloop die zicht geeft op Alkmaar van de 16e tot de 20e eeuw, een soort kader. Het oudste voorwerp uit de collectie is een gewelfsschoteltje van het kleermakersgilde uit de Grote Kerk, uit 1518.” In vier binnenzalen worden specifieke thema’s uitgelicht: schilder en tekenaar Klaas van der Heck, van wie het museum veel werk bezit (o.a. Gezichtjes op Egmond), Alkmaarse schuttersstukken, Landgoed Nijenburg, en het Beleg van Alkmaar. “We vertellen het verhaal van Alkmaar net als nu vanuit verschillende perspectieven. Met minder herrie, en met ruimte voor familiebeleving. We hopen dat mensen in de toekomst speciaal voor de vaste presentatie naar Alkmaar komen, niet alleen voor de tijdelijke tentoonstellingen.”

Museum voor Alkmaarders
De stadscollectie is eigendom van de stad Alkmaar. “Het museum is van Alkmaarders. We willen Alkmaarders het gevoel geven dat de collectie hún collectie
is. Iedereen moet het er naar zijn zin hebben. Twee keer per jaar nodigen we iemand uit om een mini-expositie in te richten rond een voorwerp naar keuze, en we overwegen lezingen of diners op zaal te organiseren.” Stedelijk Museum Alkmaar (1875) was in eerste instantie gevestigd aan de Breedstraat, waar speciaal voor dat doel in 1873 het eerste Alkmaarse museum werd gebouwd. Van 1968 tot 2000 zat het museum in het oude schuttersgildehuis aan de Doelenstraat. Het huidige museum aan het Canadaplein is in 2012-2014 geheel gemoderniseerd. De maquette van de stad die twintig jaar lang in de entreehal stond, verhuisde naar het Stadskantoor. “Dat was een moeilijke beslissing, echt een gevalletje Kill your darlings,” zegt Klinkert. “We moesten ruimte maken voor extra kluisjes voor de huidige Van Gogh-tentoonstelling. De toegang tot het souterrain is nu tijdelijk aan het zicht onttrokken.” Momenteel zijn enkele vitrines leeg. “De muntstukken zijn terug naar de familie van wie we ze in bruikleen hadden, een groot schuttersstuk verhuisde voor een maand naar het Stadshuis voor de tentoonstelling ‘Met eigen ogen’. Net als de ruitersperen, en wat kogels uit het depot.”

Zeventiende Eeuw
In de nieuwe opstelling komen ‘familiestations’ waar wat te beleven valt voor jong en oud. “De weegschaal in de huidige Victorie-tentoonstelling is populair bij kinderen en schoolklassen,” vertelt Klinkert. “Spelenderwijs bezoekers betrekken bij de Alkmaarse historie is een prima manier om kennis, historisch besef en enthousiasme overbrengen.” Klinkert vertelt dat er veel wordt nagedacht over de looproute. “Mensen komen nu vaak binnen via de zaal op de begane grond. Het voelt logisch om ze zo naar het souterrain te leiden.” Bewegwijzering is belangrijk, en het inlassen van pauzemomenten – bezoekers kunnen maar zóveel informatie opnemen. “Audio blijft belangrijk, maar op een andere manier. Het Alkmaarse slavernijverleden, waar nu al lesmateriaal over bestaat, krijgt in de nieuwe presentatie een prominentere plek. Ook vrouwen krijgen meer aandacht. En de gevoelig liggende term ‘Gouden Eeuw’ vervangen we door het neutrale ‘Zeventiende eeuw’.”

Stagiaires
“Onze stagiaires zijn heel belangrijk voor ons,” zegt Klinkert. “Ik heb lijstjes met onderwerpen waarmee studenten – meestal studeren ze Kunstgeschiedenis – aan de slag kunnen. Zij hebben tijd en focus en kunnen doen waar ik niet aan toe kom. Soms levert het iets op, ook geen resultaat is resultaat.” De stage van Kunstgeschiedenis-studente Lisette Ashman is een pareltje. Lisette doet onderzoek naar de Alkmaarse tijd van de 17e-eeuwse schilder en tekenaar Lambert Doomer uit Amsterdam. Doomer verbleef in het Mannengasthuis in Alkmaar. Lisette ontdekte dat veilinghuis Christie’s recent een werk van Doomer had verkocht aan een Nederlander. Ze wist de koper te achterhalen en slaagde er in een afspraak te maken. “Echt heel spannend en interessant.” Lisette verheugt zich op verder onderzoek. De resultaten van Lisettes stage zijn een buitenkans om de Alkmaarse kunstgeschiedenis op een nieuwe manier op de kaart te kunnen zetten en op een schild te hijsen. “We gaan er vast en zeker een mooie tentoonstelling over maken,” besluit Klinkert. “In 2027, denk ik.” In Alkmaar is een straat vernoemd naar Doomer: de Lambert Doomerstraat in De Hoef.

De rol van Nederlandse dichters

Nederlandse dichters hebben een cruciale rol gespeeld in het ontwikkelen en verrijken van deze dichtvormen. Door te experimenteren met structuur, rijmschema’s en thematiek hebben ze nieuwe mogelijkheden gecreëerd voor poëtische expressie. Beroemde Nederlandse dichters zoals J.C. Bloem, Annie M.G. Schmidt en Gerrit Kouwenaar hebben met hun unieke stemmen en creatieve inzichten de Nederlandse poëzie naar grote hoogten gestuwd.

Nederlandse dichters hebben ook bijgedragen aan het behoud van traditionele dichtvormen, terwijl ze tegelijkertijd ruimte hebben geboden voor vernieuwing en experiment. Ze hebben de poëziecultuur van Nederland levendig gehouden door hun gedichten voor te dragen, voor te publiceren en voor te lezen op festivals en literaire evenementen.

In conclusie, de rijke traditie van dichtkunst in Nederland is te danken aan de toewijding en creativiteit van Nederlandse dichters. Ze hebben verschillende dichtvormen omarmd en verfijnd, waardoor ze een divers en levendig poëtisch landschap hebben gecreëerd. Door hun unieke stemmen en krachtige emoties hebben Nederlandse dichters prachtige poëzie gecreëerd die de ziel van de lezer blijft beroeren. Het blijven promoten en waarderen van dichtkunst is van cruciaal belang om deze waardevolle kunstvorm te behouden en te laten bloeien in de harten van mensen over de hele wereld.

De Alkenaer wil de dichtkunst blijven promoten op het podium. Het verrijkt de cultuur enorm en versterkt de culturele identiteit. Dichtkunst biedt een creatieve uitlaatklep, bevordert gemeenschapsvorming en stimuleert taalvaardigheid en literatuur. Bovendien behoudt het cultureel erfgoed en biedt het een ruimte voor reflectie over maatschappelijke kwesties.


Gemeentelijk archeoloog Peter Bitter over het Ritsevoort

Door Wytske Roodbergen

“Op het Ritsevoort was al rond 1450-1500, in de late middeleeuwen, bebouwing,” zegt Peter Bitter, sinds 1991 werkzaam als archeoloog bij gemeente Alkmaar. In die functie zet Bitter zich met drie collega’s in voor het behoud van archeologische resten. Zodra ergens gebouwd gaat worden, zijn de gemeentearcheologen er zo snel mogelijk bij om de grond te screenen en desnoods te onderzoeken, voordat de aannemer aan het werk gaat en sporen verloren gaan. Onderzoek doen, en eventuele vondsten bergen en documenteren, daar gaat het om. De grond waarin het verleden bewaard ligt, verstoort Bitter zo min mogelijk. “Wie een schep hanteert, vernielt oude sporen. Wat je afgraaft is verdwenen, een opgraving kan niet opnieuw,” zegt Bitter. “Dat is zonde. Immers, wie weet welke nieuwe dateringstechnieken er in de toekomst beschikbaar komen.” In Alkmaar liggen oude resten ondiep in de grond, vlak onder het straatoppervlak. Al op tien centimeter stuit je zomaar op een vloer – voorzichtigheid is dus geboden bij de graafwerkzaamheden. Bij het Ritsevoort, dat tot 1572 een buitenwijkje was en buiten de stadsmuren lag, is een paar keer gegraven. “We troffen er slootjes en greppels in akkerland aan, en een houten huis met bakstenen fundering,” vertelt Bitter. “Net als in Zaanstad. De zwarte brandlaag, asresten van de brand uit 1517, vergemakkelijkte de datering.”

Archeoloog Peter Bitter


Rapporteren
Begin dit jaar werd archeologisch onderzoek gedaan bij Ritsevoort 15, tegenover De Alkenaer. De bebouwing aan de oostzijde van de straat bleek net zo oud als die aan de westkant. “Beide zijden van het Ritsevoort gaan dus gelijk op,” vervolgt Bitter. “Dat wisten we niet zeker. Tot nu toe onderzochten we de westkant: bij de hoek Lindegracht/Oudegracht, op Ritsevoort 60, 38-40 en 32. En kort geleden dus op Ritsevoort 15, aan de oostkant. Of de bebouwing winkels of woonhuizen betrof, is uit de bodemvondsten niet op te maken.” Vondstmateriaal gaat naar het Gemeentelijk Depot voor Bodemvondsten in het Regionaal Archief, waar het wordt opgeslagen en gedocumenteerd. Onderzoekers zijn welkom, algemeen publiek niet. “Voor scherven en ander materiaal heb je gespecialiseerde kennis nodig, en ervaring. Dat is anders dan met oude teksten die je kunt transcriberen. Voor een leek is een zak scherven niet interessant.” Naast het doen van opgravingen besteedt Bitter veel tijd aan het presenteren van vondsten en resultaten aan het publiek. Rapportage is een verplicht onderdeel van de Erfgoedwet: binnen twee jaar na een opgraving moet er een rapport op tafel liggen. Erfgoed Alkmaar brengt verslag uit in zogenaamde RAMA’s, ‘Rapporten over Alkmaarse Monumenten en Archeologie’. Op dit moment werkt Bitter aan een lijvig boekwerk over zes opgravingen op het Ritsevoort, van 1995-2023. “Ik distilleer het verhaal uit de onderzoeksresultaten. Dat zijn er nogal wat; ik zit al op driehonderd pagina’s.” Het rapport verschijnt dit najaar.


Voer voor archeologen
Als er voor een groot terrein bouwplannen zijn, kan gemeente Alkmaar een opgraving voorschrijven volgens landelijke wetgeving. Vaak wordt dit uitbesteed. gemeente Alkmaar mag kleine locaties (zogenaamde ‘postzegels’) zelf onderzoeken, dat is uitzonderlijk. Relevante zaken met betrekking tot historisch erfgoed worden vertaald in beleid, en in een archeologische paragraaf in de bouwvergunning. In de bouwhistorische verkenning van het voorhuis van De Alkenaer van 9 maart 2022 (eis van gemeente Alkmaar in verband met bouwplannen, uitgevoerd door Gertrud Topper) staan aanbevelingen voor vervolgonderzoek op Ritsevoort 36. De constructie van de vloer van de eerste verdieping van het pand zou nader onderzocht kunnen worden, evenals de kelder. Heeft voorafgaand aan de herbouw in 1892 in de kelder een verhoogde vloer gezeten, net als in buurpand Ritsevoort 32? Ook de tussenmuur naar het achterhuis zou nader onderzocht kunnen worden. Wellicht is het muurwerk op de eerste verdieping en op zolder ouder dan het herbouwde voorhuis? Wie weet zelfs zeventiende of achttiende-eeuws?


Exposities in De Alkenaer
Voor zover Bitter weet, zijn er op Ritsevoort 36 geen archeologische opgravingen gedaan. Er was geen noodzaak, en er was geen specifieke vraag. Hij denkt niet dat er bij eerdere verbouwingen of renovaties artefacten of bouwonderdelen zijn gevonden of werden aangewezen om te worden opgeslagen in de gemeentelijke Monumentenloods. “De boekhandel zit er al sinds de jaren tachtig. Materiaal van voor die tijd zal er niet zijn.” Wel staat het pand van De Alkenaer sinds 1992 op de monumentenlijst van de gemeente Alkmaar; op 9 september is het geopend voor publiek.

Huidige eigenaar Vincent van de Vrede hoopt in de nabije toekomst kleine exposities te organiseren in De Alkenaer, met objecten, documentatie, tekeningen en foto’s die betrekking hebben op het pand. “Er is vast iets mogelijk met materiaal uit het Depot voor Bodemvondsten,” meent Bitter. “Mits dat materiaal maar goed wordt beveiligd.” Tegenwoordig werken er bij gemeente Alkmaar vier archeologen, verdeeld over drie fte’s. “Dat was vroeger wel anders,” memoreert Bitter. “Tot de jaren ‘80 was er één medewerker Monumentenzorg, en niemand voor archeologie. Gelukkig is de situatie inmiddels behoorlijk verbeterd.”

Uit brononderzoek (Ruijsendaal, E., Alkmaar binnen de Veste, straatnamen in historisch perspectief, 1998) blijkt dat er in 1492 aan het Ritsevoort 48 huizen stonden, en in 1519 nog maar 34 – een deel zal in 1517 verbrand zijn door toedoen van Grote Pier. Op oude kaarten is te zien dat de straat aan beide zijden bebouwd is. Op de kaart van Jacob van Deventer uit circa 1560, bijvoorbeeld, op die van Cornelis Drebbel uit 1597, en op de kaart van J. Blaeu uit 1650 – de bebouwing ging indertijd ook al redelijk gelijk op.