‘Ze zeggen dat dit nu mijn thuis is’, aldus Fansi, de hoofdpersoon in Moeder Suriname, in de openingsscène van de documentaire. Die begint in 1975, net na de Surinaamse onafhankelijkheid, als Fansi zich, zoals zoveel Surinamers destijds, bij haar familie in Nederland heeft gevoegd. Door haar slechte ogen kan Fansi nauwelijks kijken naar de televisie in haar nieuwe appartement. ‘Maar ik heb mijn eigen beelden van mijn land.’ Gezang weerklinkt terwijl ze herinneringen ophaalt aan haar jeugd; aan ‘de bomen, rivieren en mensen’.
In de docu blikt ‘oma Fansi’ terug op haar leven, in vertelling en zang. Ze wordt in 1905 in een gehucht geboren als kind van een witte moeder en een zwarte vader; een schande toen. Haar vader moet weg en ook haar moeder verdwijnt. Zelf wordt ze uitgescholden voor halfbloed, gaat niet naar school en ontdekt snel hoe de koloniale verhoudingen liggen (“wij werken en zij kijken toe”).
Ze krijgt een kind, van wie de vader altijd elders aan het werk is voor Nederlanders en trekt naar Paramaribo, waar ze nog drie kinderen krijgt die ze in haar eentje opvoedt. Intussen ziet ze het nationale zelfbewustzijn groeien. Maar als al haar kinderen nog vóór de onafhankelijkheid van Suriname in 1975 naar Nederland verhuizen, volgt ook zij, met pijn in het hart. Gelukkig wordt ze er niet door, toch weet ze ook daar een plek te vinden waar ze verbonden is met haar vaderland, haar spirituele wortels en haarzelf.
Met unieke, nog nooit vertoonde archiefbeelden, laat Leuwsha het levensverhaal van haar oma Fansi, een Afro-Surinaamse wasvrouw vertellen. Het is niet letterlijk het verhaal van haar oma, maar de geschiedenis over een hele generatie vrouwen uit de twintigste eeuw. In de film heeft Leuwsha de kracht van was- en strijkvrouwen verwerkt. Kort na de afschaffing van de slavernij bloeide deze dienstverlening bij de Afro-Surinaamse vrouwen op. ‘Oma Fansi’ beoefende dit ambacht ook. Deze film is dus ook een ode aan de kracht en de levenslust van de Surinaamse vrouw.
In Mama Sranan/Moeder Suriname (2023) brengt auteur en documentairemaker Tessa Leuwsha op sublieme wijze de geschiedenis van Suriname tot leven. De Surinaams-Nederlandse Leuwsha (geboren in Amsterdam, sinds 1996 woonachtig in Suriname) gebruikt in haar film de levensloop van haar grootmoeder Fancelyne ‘Fansi’ Cummings (1905-1979) om de bijzondere historische ontwikkeling te tonen die het land de vorige eeuw doormaakte. Vanaf de periode nadat de slavernij werd afgeschaft tot kort na de onafhankelijkheid in 1975. Eerder, in 2015, kwam haar boek ‘Fansi’s stilte’ uit. Hierin vertelt ze het persoonlijke verhaal over haar grootmoeder – een Surinaamse wasvrouw – en de slavernij. Dit verhaal werd een inspiratie voor de documentaire ‘Moeder Suriname-Mama Sranan’.
Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van Fansi, wiens stem wordt ‘gespeeld’ door zangeres Denise Jannah, die ook de schitterende liedjes in de documentaire voor haar rekening neemt.
In de documentaire komen plantages uit het begin van de 20ste eeuw voor, de Surinaamse opstand in de jaren dertig rond Anton de Kom, de Tweede Wereldoorlog, waaruit soldaten vaak niet terugkeerden, en de Surinaamse onafhankelijkheid van 1975.
De gebeurtenissen vormen een rode draad in de Surinaamse geschiedenis, maar Moeder Suriname – Mama Sranan is vooral een film over ‘oma Fansi’ aan wie de geschiedenis van Suriname wordt opgehangen. Nederland komt daar als kolonisator slechts sporadisch in voor, maar is zowel in schrift als beeld continu voelbaar. Het is vanuit oma Fansi waaruit dit te zien is: vaak liefdevol, soms onbevangen en ook zeker kritisch. Gaandeweg wordt Fansi ‘Moeder Suriname’, het symbool van een natie; van een cultuur; van een zekere gemeenschapszin.
De beelden zijn gemaakt door Wim Bos Verschuur (1904-1985). Hij was een Surinaamse politicus die opkwam voor de rechten van de Surinamers. Als Nederlanders naar Suriname kwamen, filmden ze wat de kolonie opleverde, en journalisten belichtten de probleemkanten van het land, maar hij filmde hoe mensen van dag tot dag leefden. Het zijn unieke beelden die niet eerder zijn vertoond, net als zijn beelden van de demonstratie tegen het Nederlandse bewind in de jaren veertig.
Het verzamelen van beeldmateriaal was niet eenvoudig, het lag voor een groot deel in Nederland en Amerika opgeslagen. Maar het is Leuwsha gelukt 50 uur beeldmateriaal over Suriname op te sporen en van al deze archiefbeelden een zeventig minuten durende documentaire te maken. De beelden variëren van Paramaribo tot plantages en prachtige natuur. De zwart wit archiefbeelden zijn ingekleurd. Dit is zo oogstrelend mooi gedaan dat je het idee hebt naar een soort polaroidfilm te kijken.
Moeder Suriname – Mama Sranan
Nederland 2023, 71 min. Taal: Nederlands, Sranantongo
Regisseur: Tessa Leuwsha, Scenario: Tessa Leuwsha, Geluid | sound design: Mark Glynne, Muziek: Alex Simu, Montage | editor: van Oers, Producent: Pieter van Huystee namens Pieter van Huystee Film / NTR
Met: Denise Jannah (verteller en zang)
‘Moeder Suriname – Mama Sranan’ werd genomineerd voor de IDFA Best Dutch Film Award en IDFA Beeld & Geluid IDFA ReFrame Award en ging in 2023 in première.
“Bijzonder de moeite waard” ★★★★ de Volkskrant
“Een adembenemende reis door de geschiedenis van Suriname” – de Filmkrant
“Een belangrijk verhaal” ★★★★1/2 Cinemagazine
“Ontroerende, imponerende en tegelijkertijd prachtige documentaire” ★★★★ de Protagonisten
Wij zijn het hier roerend mee eens. Wat een prachtig document dat, hoewel met Nederland verbonden, een voor velen onbekend land ver weg, opeens zoveel dichterbij laat komen en je de mensen en hun geschiedenis laat voelen.
Joan Echteld, die zich o.a. inzet voor de Alkmaarse Stichting Miss IQ (hulp aan Caraïbische scholen), komt vertellen over haar eigen herinneringen aan Suriname en trakteert op lekkere Bara’s.